Een nieuwe bloem die niet echt wil bloeien, dat is natuurlijk echt bijzonder en ze doet dat, eenmaal begonnen zonder ophouden.
De lintbloemen blijven groen met een purperen waas, het gevulde hart verkleurt naar purper.
Heerlijk subtiel en spannend.
Gemakkelijke vaste plant en snijbloem.
Fijne witte wolken voor het najaar. Makkelijk en betrouwbaar en met op de juiste hoogte, veel meer bloem dan plant.
Ouwe trouwe voor de witte border.
Deze recente introductie, een vermoedelijke kruising tussen Aster novi-belgii en cordifolius werd door collega Christian Kress gevonden in de tuin van Ruth Treff in Darmstadt.
Ze bloeit lekker laat en rijk aan sterk vertakkende stelen met talrijke kleine bloemtjes, is vitaal en vooralsnog meeldauwvrij.
Waar spreken we af?
Tussen een stuk of tien nieuwe soorten werd deze er door iedereen uitgepikt. We kregen haar in 1999 van onze Franse collega Antoine Breuvart en hebben haar uitgedeeld aan onze Nederlandse collega's. Vasterival was toen kerngezond. Inmiddels zien we dat ze ook wel meeldauw kan krijgen.
Het blijft met haar donkere stelen en blad en haar aangename zachtroze kleur een van de beste onder de grote Asters.
Deze bekroonde cultivar van voor 1920 is de enige die ik onthield na het lezen van de geweldige Aster monografie van Paul Picton, de erfgenaam van Ernest Ballard. Het kostte daarna nog 8 jaar zoeken voor ik haar aan ons sortimentt kon toevoegen.
Bijzonder zacht blauw, kleinbloemig, wolkig spreidend en vrijwel volledig meeldauw vrij.
Een plaatje.